Haga Ziekenhuis

Bovenarm/Schouderkopletsel

Voor gerelateerde behandelingen en specialismen kunt u de tabbladen in het menu gebruiken.

Als u een ongeval heeft gehad waarbij schouderkop van de bovenarm is gebroken, wordt u op de spoedeisende hulp nagekeken. Er wordt gekeken of de doorbloeding goed is van de arm en of er aanwijzing is voor zenuwletsel. Bij zenuwletsel wordt de neuroloog erbij gevraagd. Er worden foto’s gemaakt om te kijken of er iets gebroken is en zo ja, hoe de breuk verloopt en hoe ernstig die is. De behandeling hangt daar vanaf. Soms wordt voor een nog betere inschatting een CT-scan gemaakt. Breuken van de schouderkop die niet of nauwelijks verplaatst zijn kunnen behandeld worden met een sling. U krijgt pijnstillers mee. Na een week worden er opnieuw foto’s gemaakt om de stand te controleren en komt u terug op de gipspoli. U krijgt dan ook oefenadviezen en meestal een verwijzing voor de fysiotherapeut mee. De sling draagt u ongeveer 4-6 weken. Breuken die verplaatste botfragmenten hebben, worden operatief behandeld. De operatie vindt onder narcose plaats. Er wordt een snee gemaakt over schouder en bovenarm, het bot wordt vrijgelegd, de botstukken worden op hun plaats gelegd en gefixeerd met een plaat en schroeven. De wond wordt dichtgehecht. Na de operatie wordt de schouder kortdurend geïmmobiliseerd. De fysiotherapeut geeft u adviezen wat u wel en niet met de arm mag doen. Meestal mag u wel bewegen, maar niet belasten. Nacontroles vinden op de Gipspoli plaats. De plaat en schroeven hoeven niet te worden verwijderd, tenzij u er last van krijg). Bij vragen kunt u contact opnemen met de polikliniek chirurgie (tel. 079-3462585) van 8.15-16.30 uur, en buiten deze tijden met de Spoedeisende Hulp (tel. 079-3462539).