Voor gerelateerde behandelingen en specialismen kunt u de tabbladen in het menu gebruiken.
Een gebroken sleutelbeen is vaak aan de buitenkant te merken, maar wordt met röntgenfoto’s bewezen. Meestal wordt een gebroken sleutelbeen met een mitella behandeld. Dit kan zelfs als het op de foto lijkt alsof de botdelen ver van elkaar af staan. Het lichaam maakt namelijk zelf een soort botbrug tussen de beide helften en laat zo de breuk vastgroeien. Meestal moet u de mitella (of sling met 2 lussen) 3 weken dragen.
U mag de mitella minimaal gedurende een week niet verwijderen tot de pijn bij het sleutelbeen is verdwenen. U mag de arm die in de mitella zit alleen laten rusten (dus geen beweging vanuit de schouder maken). De vingers en het polsgewricht moet u wel bewegen in de mitella om zwelling en stijfheid te voorkomen. Zorg ervoor dat de vingers in de mitella rusten.
’s Nachts mag u de mitella verwijderen en uw arm op een kussen leggen. Het is comfortabel dat de arm ’s nachts zoveel mogelijk stil ligt. U mag douchen, hierbij moet u uw arm laten afhangen. Als pijnstilling mag u Paracetamol gebruiken tenzij anders met u is afgesproken. Na een week komt u terug op de gipspolikliniek.
Het ontstaan van een blauwe plek en/of bobbel rond het sleutelbeen is normaal.
Soms moet een gebroken sleutelbeen geopereerd worden. Dit is vooral als de botstukken door de huid heen naar buiten prikken. De operatie vindt onder narcose plaats. Er wordt een snee gemaakt in de huid over het sleutelbeen. Het bot wordt vrijgelegd, de botstukken goed bij elkaar gebracht en er wordt een plaat met schroeven geplaatst. De wond wordt weer dichtgehecht. Meestal moet na enige tijd (6-12 maanden) het materiaal weer verwijderd worden. Dit vooral om bij een eventuele volgende val uitbreken van de plaat met alle gevaren van dien te voorkomen. ). Bij vragen kunt u contact opnemen met de polikliniek chirurgie (tel. 079-3462585) van 8.15-16.30 uur, en buiten deze tijden met de Spoedeisende Hulp (tel. 079-3462539).